Test je kennis over trainingsschema's ! (deel 2)

Geef het juiste antwoord. Er is telkens slechts 1 antwoord juist!

Lees de vragen én antwoorden steeds rustig door, met aandacht voor alle details.

Question Title

* 1. Wat heeft Paula Radcliffe (ex-wereldrecordhoudster op de marathon) dat Dafne Schippers (één van de beste blanke sprintsters aller tijden) niet heeft:

meer karakter

meer witte spiervezels

meer myoglobine

een oogstrelende looptechniek

Question Title

* 2. Het principe van de progressie impliceert dat

de trainingsprikkel steeds doelgerichter moet worden naarmate het trainingsproces vordert.

een tennisser het aantal sprongoefeningen in zijn schema geleidelijk aan mag opdrijven.

belasting en belastbaarheid met elkaar in evenwicht moeten raken naarmate het wedstrijdseizoen dichterbij komt.

een judoka meer moet trainen op zijn zwakke dan op zijn sterke eigenschappen.

Question Title

* 3. Een tabata is een oefenvorm uit het Crossfit, waarbij 20” inspanning telkens afgewisseld wordt met 10” rust, en dit gedurende 4’. Soms gaat het om 8 verschillende kracht-, sprong- of sprintoefeningen die achtereenvolgens worden uitgevoerd, soms gaat het over één en dezelfde explosieve oefening. Welke brandstofbron wordt typisch aangesproken?

creatine

glucose

vet

eiwit

Question Title

* 4. Een wielrenner wil tijdens de winter zijn krachtuithouding verbeteren op de rollen. Hij kiest een weerstand waarbij hij met moeite:

een kadans van 60 tpm kan handhaven

een kadans van 80 tpm kan handhaven

een kadans van 100 tpm kan handhaven

een kadans van 120 tpm kan handhaven

Question Title

* 5. Wat kan NIET gebruikt worden voor de resynthese van ATP?

koeiemelk

melkzuur

zuurpruimen

pruimen

Question Title

* 6. Elise Mertens en Alison Van Uytvanck bereiden zich voor op het tennistornooi van Miami. Tijdens training op Miami Beach willen ze hun snelheid aanscherpen in het zand. Met welke oefening bereiken ze hun doelstelling het beste:

8 x 50m om ter snelst (25m heen en 25m terug, sprint), R= 5’ wandelen

8 x 50m slalom om ter snelst, R= 1’

8 x 100m om ter snelst, R= 30”

8 x 100m om ter snelst, mét tennisraket , R= 15”

Question Title

* 7. Wat is NIET prestatiebepalend voor iemands uithouding?

de VO2max

de longinhoud

de anaërobe drempel

de bewegingseconomie

Question Title

* 8. Bashir Abdi wil het Belgisch record op de marathon verbeteren. Drie weken voor zijn recordpoging last hij nog een zware intervaltraining in om zijn marathon aan een hogere snelheid te kunnen lopen. Voor welke pistetraining kiest hij bij voorkeur?
NB, ‘voluit’ = met dien verstande dat alle herhalingen aan ongeveer dezelfde snelheid kunnen afgewerkt worden en dat er als het ware geen bijkomende herhaling meer mogelijk zou zijn (m.a.w., de herhalingen moeten aan de ‘hoogst mogelijke gemiddelde snelheid’ afgewerkt worden).

10 x 200m voluit, R= 400m joggen

8 x 600m voluit, R= 400m joggen

6 x 1000m voluit, R= 400m joggen

4 x 2000m voluit, R= 400m joggen

Question Title

* 9. Een fartlek is een training

die per definitie plaatsgrijpt in een bos.

met tempowisselingen.

die alleen voorkomt in de atletiek (loopsport).

waarbij er steeds grote afstanden overbrugd worden.

Question Title

* 10. Verschillende dagen achter elkaar zwaar trainen

is uit den boze.

is ideaal voor beginners.

is aanvaardbaar voor de doorgewinterde sportbeoefenaar.

schendt het meest fundamentele trainingsprincipe van de supercompensatie.