Tips voor meer voltooide enquêtes

Enquêterespondenten zijn goud waard. Als enquêtemaker hoopt u dat iedereen die aan uw enquête begint, deze ook afmaakt. En niet voor niets! Als een enquête een laag voltooiingspercentage heeft, weet u niet of u vooringenomen resultaten hebt door mensen die zijn afgehaakt. We wilden te weten komen hoe u zoveel mogelijk voltooide enquêtes kunt ontvangen om beter uw beslissingen te onderbouwen. Daarom zijn we in de geanonimiseerde gegevens gedoken van meer dan 25.000 enquêtes die werden uitgevoerd op SurveyMonkey Audience, ons eigen marktonderzoekspanel. Al deze enquêtes hadden ten minste 100 respondenten.

We hebben ons werk gepresenteerd aan onze collega's op de jaarlijkse conferentie van de American Association of Public Opinion Research (AAPOR). En nu kunnen we deze resultaten met onze bloglezers delen!

Begin net als in elk ander gesprek met een vriendelijke en eenvoudige vraag. Enquêtes die openden met een eenvoudige meerkeuzevraag hadden een gemiddeld voltooiingspercentage van 89%. Enquêtes die echter begonnen met een open vraag (vak met opmerkingen) hadden een aanzienlijk lager voltooiingspercentage (83%). Dus met een ingewikkelde eerste vraag verliest u gemiddeld zes mensen op elke 100 deelnemers.

Als u een open vraag wilt stellen (en daar zijn goede redenen voor), doe dit dan niet aan het begin. Laat uw deelnemer zijn draai vinden door eerst eenvoudige vragen te stellen. Zelfs bij enquêtes met maar één open vraag, was het voltooiingspercentage lager als die vraag aan het begin werd gesteld, vergeleken met enquêtes waar de vraag later in de enquête aan bod kwam.

Het kost tijd om een enquête in te vullen. En mensen hebben maar weinig tijd. Het is dan ook geen verrassing dat langere enquêtes een lager voltooiingspercentage hebben.

De kans dat iemand uw enquête afmaakt, is rechtstreeks en lineair gerelateerd aan het aantal vragen. Een enquête met 10 vragen heeft bijvoorbeeld een gemiddeld voltooiingspercentage van 89%. Enquêtes met 20 vragen scoren iets lager met 87%, gevolgd door enquêtes van 30 vragen met 85%. Maar als een enquête 40 vragen telt, is het voltooiingspercentage 79%. Dat is maar liefst 10% lager dan het voltooiingspercentage voor enquêtes van 10 vragen.

De les die we hieruit kunnen trekken: houd rekening met de tijd van uw respondent. Denk goed na over het doel van uw enquête voordat u de vragen opstelt. Zodra u weet wat u wilt bereiken, maakt u vragen die precies gericht zijn op het doel, niet meer en niet minder. Vraag niet om meer informatie dan u nodig hebt.

Soms ontkomt u niet aan een matrixvraag, een beoordelingsschaal of een rangschikking. Of misschien moet u zelfs een tekstvak toevoegen. Meestal is dat geen probleem, want het voltooiingspercentage daalt maar met 1% of minder elke keer dat u zo'n vraag stelt.

Maar stel niet te veel van deze 'lastige' vragen. De voltooiingspercentages dalen snel als u meer matrix- of beoordelingsschalen en vragen met een open einde stelt. Enquêtes met tien matrix- of beoordelingschaalvragen hebben een voltooiingspercentage van maar 81%. En enquêtes met één matrix-/beoordelingsschaalvraag hebben een gemiddeld voltooiingspercentage van 88%.

Zoals u ziet in het bovenstaande diagram hebben open vragen een nog groter effect. Enquêtes met tien open vragen hebben een gemiddeld voltooiingspercentage dat 10% lager ligt dan enquêtes met één open vraag (88% vs. 78%).

We wilden weten welke eigenschappen van enquêtes het beste het voltooiingspercentage voorspelden. Toen we met een model op zoek gingen naar antwoorden, ontdekten we dat elk extra woord in de vraagtekst een negatief effect had op het voltooiingspercentage.

Ook is het aantal woorden van de eerste vraag een significante voorspeller van lagere voltooiingspercentages, zelfs als we rekening houden met het aantal woorden van de hele enquête. Hebt u dus een lange vraag? Stel die dan niet aan het begin.

Maar soms is wat extra uitleg geen overbodige luxe. De vraag 'Gaat u een wearable kopen' is bijvoorbeeld een stuk minder eenvoudig te beantwoorden dan de vraag 'Hoe waarschijnlijk is het dat u een wearable technology-apparaat gaat kopen, zoals Google Glass of een Fitbit?' Houd uw vragen dus beknopt, maar laat dit niet ten koste gaan van de helderheid.

Kortom, volg gewoon deze tips: