Eén van de risico’s bij het samenstellen, uitvoeren of analyseren van een enquête is bias. De betekenis en de manieren waarop bias onderzoeksresultaten kan beïnvloeden, leest u hier.
Wanneer een onderzoek biased is, zijn de uitkomsten ervan onbetrouwbaar. Dat kan leiden tot oneerlijke of ineffectieve beslissingen. Afhankelijk van de schaal waarop dat gebeurt, kan dit grote reputatieschade opleveren. Als onderzoeker wilt u bias dan ook koste wat kost voorkomen.
Vooroordelen hebben of vooringenomen zijn heeft een negatieve bijklank. Het betekent dat iemand al een oordeel klaar heeft zonder op de feiten van het onderzoek te wachten. Deze gekleurde bril kan ervoor zorgen dat een zorgelijke situatie veel rooskleuriger wordt beschreven dan het in werkelijkheid is, of dat een mogelijk positief onderzoeksresultaat neutraal of negatief wordt.
Een confirmation bias of bevestigingsvooroordeel is een eigen hypothese of overtuiging die de wetenschapper in het onderzoek bevestigd wil zien. Dit is een type bias waar veel mensen gevoelig voor zijn. Mensen zijn in het algemeen gewend om informatie te zoeken of te interpreten die aansluit bij hun eigen ideeën: ze zoeken in feite bewijs voor hun overtuigingen. Dergelijk vooroordeel is het sterkst bij een diepgeworteld geloof of een emotioneel beladen onderwerp. Tegelijkertijd laten mensen bewijsmateriaal links liggen dat het vooroordeel in twijfel trekt. Ook bij wetenschappers en politici ligt dit gevaar op de loer, met mogelijk grote gevolgen voor wel of niet onderzochte doelgroepen.
Implicit bias of impliciete voorkeur verwijst naar vaak onbewuste gedachten of gevoelens over maatschappelijke groepen. Zo kan het zijn dat mensen, soms op basis van persoonlijke ervaringen, bepaalde stereotypes hanteren voor rassen, geloofsovertuigingen, inkomensniveaus of seksuele voorkeuren. Het is belangrijk om waakzaam te zijn voor deze vooringenomenheid omdat het tot discriminatie kan leiden.
Selectie-bias wordt veroorzaakt door een foute steekproef, die de onderzochte populatie niet goed weerspiegelt. Met andere woorden: er is geen volledige willekeur gebruikt. Zo kan het zijn dat sommige delen van de populatie oververtegenwoordigd zijn, terwijl andere leden juist minder vaak voorkomen. Ook kan selectie-bias voorkomen wanneer de periode van de steekproef te kort was en het onderzoek werd afgerond wanneer het gewenste of gehoopte resultaat werd bereikt. Dit klinkt misschien als kwade wil, maar bij bias spelen onbewuste gevoelens en gedachten vaak een rol.
Ook respondenten kunnen voor ongeldige onderzoeksgegevens zorgen. Zo bestaat er interpretive bias of interpretatie-bias. Daarbij interpreteren de respondenten de vragen anders dan hoe ze bedoeld waren door de onderzoekers. De antwoorden die de respondenten geven, zijn daardoor onbetrouwbaar en onbruikbaar.
Respons-bias is wanneer respondenten geen eerlijk antwoord op uw vragen geven. Daar kunnen verschillende redenen voor zijn. Zo is het mogelijk dat de vragen zeer persoonlijk zijn of dat de respondenten zich zorgen maken over wie de onderzoeksresultaten te zien krijgen. Ook kan het zijn dat de geïnterviewden de uiteindelijke besluitvormers wantrouwen. Zelfs de manier waarop de vragen worden gesteld en de hoeveelheid gestelde vragen kunnen de betrouwbaarheid van de respons beïnvloeden.
Interviewer bias lijkt hier enigszins op. Hierbij voelt de respondent zich niet op zijn of haar gemak bij de interviewer. Dat kan komen door de houding van de interviewer, maar het kan ook zijn dat er leidende of suggestieve vragen worden gesteld, waardoor het lijkt alsof het antwoord van de geïnterviewde gestuurd wordt.
Type bias | Wie? | Wat? |
Confirmation bias | Onderzoekers | Overtuiging bevestigd willen zien |
Implicit bias | Onderzoekers | Onbewuste vooroordelen over bevolkingsgroepen |
Selectie-bias | Onderzoekers | Steekproef is niet willekeurig |
Interpretatie-bias | Respondenten | Respondenten interpreteren vragen verkeerd |
Respons-bias | Respondenten | Er worden geen eerlijke antwoorden gegeven |
Interviewer bias | Respondenten | Respondent geërgerd door houding interviewer |
Voor betrouwbare onderzoeksresultaten waarmee u eerlijke beslissingen kunt nemen, is het belangrijk om onbevooroordeeld te werk te gaan. Er zijn vier tips waarmee u vooringenomenheid in onderzoek voorkomt, die we hieronder kort bespreken.
Bias kan optreden wanneer er geen duidelijk omlijnde doelgroep is. Met algemene termen als arm, rijk, oud en jong, laat u de doelgroep open voor interpretatie. Kies in plaats daarvan afgebakende kenmerken waaraan uw respondenten moeten voldoen.
Pas als u de doelgroep goed kent, kunt u unbiased vragen aan ze stellen. Is dit de eerste keer dat u in aanraking komt met deze specifieke doelgroep, stel dan eerst open vragen aan een kleinere testgroep. De antwoorden uit dit verkennend onderzoek kunt u vervolgens gebruiken om meerkeuzevragen te ontwikkelen.
Voor een representatieve steekproef is het belangrijk dat u respondenten niet uitsluit. Als u bijvoorbeeld de klanten van fastfood-restaurants op het terras interviewt, mist u de klanten die bij de drive-through bestellen. In dergelijk geval kan uitbreiding van het onderzoeksteam een oplossing zijn, of misschien kan het restaurant een kaartje met een QR-code en een verloting bij elke bestelling meegeven.
Voer de steekproef op de juiste momenten uit en stop niet te vroeg. Zo voorkomt u dat uw enthousiasme over de eerste onderzoeksresultaten het eindresultaat beïnvloedt. Gebruik ook de juiste vragen, bijvoorbeeld meerkeuzevragen wanneer u resultaten wilt kwantificeren.
Bias in enquêtes is gelukkig te voorkomen, zoals u hierboven heeft gezien. Door zorgvuldig uw enquête te ontwerpen, te testen, uit te voeren en te analyseren, komt u tot betrouwbare en bruikbare resultaten. SurveyMonkey helpt daarbij met artikelen als deze, maar ook met kant-en-klare enquêtesjablonen voor diverse soorten onderzoek. Bekijk hier onze abonnementen.
Vooringenomenheid in enquêtes is iets waar veel onderzoekers bang voor zijn, en dat is maar goed ook. Geen wonder dat ze bias willen doorgronden en hier informatie over zoeken. De onderstaande vragen over onderzoeksbias horen wij vaak.
Bias is de Engelse term voor vooroordeel. In een onderzoek kunnen (bewuste of onbewuste) vooroordelen van onderzoekers het resultaat beïnvloeden. Maar ook de vooroordelen van respondenten kunnen voor onbetrouwbare resultaten zorgen. Daarom is het belangrijk om waakzaam te zijn voor bias.
Omdat er verschillende soorten bias zijn, bestaan er ook allerlei oorzaken ervoor. Ervaringen uit het verleden kunnen bijvoorbeeld de oordelen over een bevolkingsgroep kleuren. En de keuze voor een makkelijke manier van data-verzameling kan een deel van de doelgroep uitsluiten. Ook kunnen respondenten zich onprettig voelen bij bepaalde vragen, of bij de houding van een onderzoeker.
Bias kan worden voorkomen door een onderzoek zorgvuldig te ontwerpen. Met open vragen kunt u de mogelijke antwoorden verzamelen om te voorkomen dat u opties over het hoofd ziet. Die verwerkt u vervolgens in meerkeuzevragen. Baken uw doelgroep goed af en bedenk op welke tijdstippen en plaatsen u de enquête kunt houden om een representatieve steekproef te krijgen.